dinsdag 27 september 2011

Weegschaal(Libra) en de Missie van Hercules.

De Mythe: “Het vangen van de Erymanthische mannetjes zwijn (beer)



Dit werk wat Hercules op kreeg was bedoeld om evenwicht te brengen. De grote Voorzittende in de Raadkamer des Heren zei: “Er moet nog een werk worden uitgevoerd. Hij heeft evenwicht nodig, gezond oordeel, voorbereiding op een belangrijke proef en de toekomstige dienst aan het mensenras.”
De Leraar van Hercules sprak tot Hercules: “Ga voort mijn zoon en vang het wilde zwijn, red een geteisterd land, maar neem ook de tijd om te eten.” En Hercules ging voort. Hij wist niet dat hem een dubbele proef wachtte, de proef van zeldzame vriendschap en de proef van onverschrokken moed.
Hij kreeg van Apollo een splinternieuwe boog om te gebruiken, maar Hercules zei (terugdenkende aan de Missie in Maagd): “Ik zal de boog niet op mijn tocht meenemen, uit vrees dat ik er mee zal doden. Tijdens mijn laatste opdracht aan het strand van de grote zee, sloeg ik neer en doodde. Dit keer zal ik niet moorden. Ik laat de boog achter”.

En zo gewapend, behalve zijn vertrouwde knots, beklom hij de steile berg op zoek naar het zwijn. Hoger en hoger klom hij. Toen ontmoette hij een vriend. Pholos, één van de groep Centauren, die bekend was bij de Goden. Zij stonden stil en spraken enige tijd met elkaar. Hercules vergat het doel van zijn tocht. En Pholos sprak tot Hercules om hem uit te nodigen een kruik wijn met hem aan te breken, maar die kruik was niet van Pholos of van hem. De Kruik behoorde aan de Groep. De Groep Centauren en de Goden, en een kruik mocht alleen bij gelegenheid opengebroken worden als de HELE groep bij elkaar was, zo was dat aangegeven door de Goden.

Maar Hercules en Pholos openden de kruik in afwezigheid van hun broeders en riepen tot Cherion, een andere wijze centaur, dat hij zou komen om hun braspartij te delen. Dit deed Cherion en met zijn drieën dronken zij, maakten er een feest van, zwelgden en maakten veel lawaai. Dit lawaai hoorden de andere centauren van verre. Met wraakgevoelens kwamen ze erop af en er ontbrandde een heftige strijd, en ook al had Hercules besloten niet te doden, toch werd hij opnieuw een ‘Bode des doods’ en sloeg zijn vrienden neer, de beide centauren, met wie hij kort ervoor gedronken had. En terwijl de andere centauren weeklaagden met luide jammerklachten, ontkwam Hercules weer in de hoge bergen en hervatte zijn speurtocht.

Omhoog tot aan de sneeuwgrens ging hij en volgde het spoor van het wrede zwijn; naar de hoogten en in de bittere koude volgde hij hem, maar toch zag hij hem niet. De nacht naderde en één voor één kwamen de sterren tevoorschijn en nog bleef het zwijn buiten zijn bereik. Hercules dacht na over zijn taak en zocht van binnen naar vernuftige bekwaamheid. Hij zette een strik met vakkundigheid en verborg zich slim en wachtte in de donkere schaduw de komst van het zwijn af. Uur na uur gingen voorbij en nog steeds wachtte hij, totdat de dageraad aanbrak. Uit zijn leger kwam het zwijn naar buiten, op zoek naar voedsel, gedreven door honger, zoals vanouds. En in de schaduw wachtte de Mensenzoon. Het zwijn liep in de val en op het goede moment maakte Hercules het wilde beest vrij, maar als gevangene van zijn bekwaamheid. Hij worstelde met het zwijn en overmande hem en liet hem dingen uitvoeren, die hij hem opdroeg, en de weg gaan, die hij wenste.

Hercules liep naar beneden, verheugd en zingend het zwijn voor zich uitdrijvend, het wilde en toch getemde zwijn! Bij de twee achterpoten dreef hij het zwijn voort en allen die de Mensenzoon, die de zoon van God is, ontmoetten, lachten bij de tocht van die twee. Ook allen in de stad lachten om deze zeldzame aanblik, het slingerende verslagen zwijn en de lachende zingende man. Zo voerde Hercules zijn zevende taak uit. De grote voorzittende merkte op: ‘de les van het juiste evenwicht is geleerd. Eén les valt nog te leren. Opnieuw bij de negende Poort moet hij de centaur weer ontmoeten en herkend en juist begrepen worden.’ De Leraar zei tot Hercules: ‘Het zevende werk is voltooid, de zevende Poort is gepasseerd. Denk na over de lessen van het verleden, denk na over de beproevingen, mijn zoon, Tweemaal heb je gedood, dat wat je moest liefhebben. Leer waarom!’.

De Mythe is de ongeuite gedachte van de Ziel’ (“Isis Ontsluierd”, H.P.Blavatsky)

Wat vertelt ons deze mythe? Wie waren de twee centauren, de vrienden van Hercules? En nam Hercules tijd om te eten, zoals werd aangegeven? Hercules nam de tijd voor een drankorgie met twee wijze oude centaurvrienden in plaats van om te eten. Terwijl Hercules zich voornam het zwijn niet te doden, doodde hij tenslotte zijn twee vrienden. Zo ontstaat de verleiding achter onze rug, wanneer we denken dat we de weg vóór ons hebben vrijgemaakt van valkuilen. De Leraar sprak echter: “Denk na over de lessen van het verleden (de taak van Libra): Tweemaal heb je gedood, wat je zou moeten liefhebben. Leer waarom.”

De twee goede centauren, die door Hercules gedood werden, zijn bekend als Cherion (goede gedachte) en Pholos (lichaamskracht). Deze beproeving was bedoeld om de beheersing van de emotionele, astrale, begeerteaard te tonen, welke vorm deze ook mocht aannemen, en het is nog krachtiger naarmate de mens verder ontwikkeld is. Je kunt de begeerteaard niet beheersen of leiden door fysieke kracht of door gedachte alleen. Het kan enige tijd lukken, maar dan komt het weer even krachtig in je op.

Het schijnt zo te zijn dat zonder dergelijke tragedies, de mogelijkheden van een Weegschaal(Libra)-mens blijven sluimeren, en hoe hard deze ervaringen ook moge zijn, het is een noodzaak voor de groei van de Ziel. Een typische Weegschaal(Libra)-mens vermijdt confrontaties en zal niet meer energie verspillen dan strikt nodig is. Zo zie je dat in Hercules terug. Hercules gebruikte geen brute kracht om het zwijn te vangen en laat het dier zichzelf in de val brengen. In deze gebeurtenis merken wij de eigenschap van de Libra-mens op, om ongewone oplossingen te vinden en de waarde van het ongerijmde te waarderen.

Door een enigszins veranderd perspectief, kunnen vele verschrikkelijke levenservaringen worden omgezet door een weldadig gevoel voor humor. Veel van wat de mensen met zware en serieuze ernst beschouwen, bevat ongetwijfeld belachelijke elementen.

De beeldende beschrijving van Hercules, die het zwijn bij de achterpoten vasthoudt en voorduwt, is een symbolische voorstelling van de Ziel, die het lompe lichaam stuurt. Doordat elk aspect een even grote belangrijkheid krijgt, kun je zien dat het principe van evenwicht in acht wordt genomen. Een Weegschaal (Libra)-mens houdt zich bezig met het wegen en in evenwicht brengen van alle dingen, ze zijn zelden geneigd te gaan tot uitersten.

We weten dat de wereldwijzen kunnen handelen als dwazen, en dwazen kunnen struikelen over schatten; dat het oordeel kan worden voorbehouden aan een hoger gerechtshof; dat de waarheid de aarde in vele en onwaarschijnlijke vermommingen kan bewandelen. In zekere zin bestaat de waarheid niet ten bate van menselijke wezens, want alle waarheden zijn slechts delen van grotere gehelen.

Er kan veel over de Weegschaal(Libra)-mens geschreven worden. Wat wel in ogenschouw genomen moet worden is dat wie ook het mensenras zou willen dienen, hij erop voorbereid moet zijn verkeerd begrepen en verkeerd uitgelegd te worden.

De rampen, die de mens overkomen, zijn niet zozeer bedoeld als straf, maar om het evenwicht in zijn aard te herstellen. Degenen, die evenwicht in zijn eigen leven weet te brengen zal daardoor dit niet dwingend opgelegd krijgen door harde, geselende omstandigheden.

Drie bepalende onderwerpen zijn in Weegschaal (Libra) aan de orde: Recht, Seks en geld.

Recht: (1e aspect) Weegschaal(Libra) houdt zich ook bezig met de rechtspraak en houdt het midden tussen het zogenaamde goed en kwaad, tussen positief en negatief en eveneens tussen Oost en West. De Weegschaal is steeds de Vader van de Wet geweest. De wet moet echter de bewaarder van een positieve gerechtigheid worden in plaats van louter en alleen als instrument van dwang te functioneren.

Seks: (2e aspect) de betrekking tussen de paren van tegendelen. In de Weegschaal (Libra) wordt het evenwicht tot stand gebracht tussen ‘de paren van tegenstellingen’, ( iets wat we de vorige maand in Maagd (Virgo) ook goed hebben kunnen zien, ) en door het gezonde verstand weer tot rust worden gebracht. Dit betekent de verwezenlijking van een harmonisch evenwicht tussen het mannelijke en het vrouwelijke principe. Vandaar dat het Sterrenbeeld Weegschaal (Libra) in speciale zin kan worden geassocieerd met het seksprobleem, en esoterisch gezien moet in dit Sterrenteken het hele probleem tot een oplossing komen.

Geld: dat geconcentreerde energie is. In feite is het goud en dit is het naar buiten geprojecteerde symbool van datgene wat geschapen wordt door het bijeenbrengen van ‘geest en stof ‘ op het stoffelijke gebied.

Het tegenovergestelde teken van de Weegschaal (Libra), waarmee éénwording moet worden gemaakt is Ram(Aries). Weegschaal(Libra) heeft als sleutel “Gemak”. Niet het gemak van luxe, maar “ het buitengewone gemak, met uiterste eenvoud van middelen, met een minimum aan tussenstappen en met inherente logica”. Dat is de werkwijze. Dit resulteert in dienstbaarheid, schoonheid, kleur en geur.

Ram (Aries) heeft als sleutelwoord: “Aanpassingsvermogen”.De Aries (Ram) mens komt voortdurend problemen in de een of andere vorm tegen die te maken hebben met het vriendelijk zijn voor mensen en toch zonder compromis trouw zijn aan de geest. En ook het gebruiken van de waarden, die uit het verleden afkomstig zijn en toch niet ten gunste van een onzeker heden de toekomst onderwaarderen. Het is de mens, die zich geheel wijdt en waarachtig is aan de Geest en als Geest handelt in termen van menselijke noden. Gemak en aanpassing; éénwording van Weegschaal(Libra) met het tegengestelde teken Ram(Aries).
---------------------------------------